Grenzen stellen begint bij jezelf. Ontdek waarom zelfzorg, hoe je anderen behandelt en wat je accepteert onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn op werk en in relaties.
Laten we eens stil staan bij een fundamentele vraag: Voel jij je vrij om je behoeften te uiten binnen je werk of vereniging? Kun je aangeven wat je nodig hebt zonder angst voor afwijzing? Deze vraag raakt de kern van gezond samenleven – het vermogen om grenzen te stellen.
Wat zijn grenzen eigenlijk?
Grenzen zijn in essentie de regels waar je naar leeft. Het zijn richtlijnen die je helpen bepalen wat gezond is, wat je veilig houdt, en wat bijdraagt aan de persoon die je wilt zijn. We kunnen grenzen in drie gebieden indelen:
Interne grenzen – wat sta je jezelf toe? Dit omvat je dagelijkse gewoonten en routines: je slaapritme, wat je eet, hoeveel je werkt, hoe je met stress omgaat. Het zijn de keuzes die je maakt over hoe je met jezelf omgaat.
Externe grenzen met anderen – wat laat je anderen doen? In relaties gaat het erom wat je accepteert van anderen. Sta je toe dat mensen je niet respectvol behandelen? Hoeveel ruimte geef je hen in je leven? Hoe ga je om met kritiek of met waardering?
Externe grenzen naar anderen toe – hoe behandel je anderen? Hoe spreek je met collega’s? Luister je echt of wacht je alleen tot jij aan de beurt bent? Toon je respect of manipuleer je subtiel om je zin te krijgen?
Het onderling verband: Alles hangt samen
Hier komt het cruciale punt: deze drie soorten grenzen stellen bestaan niet los van elkaar. Ze zijn als communicerende vaten – wanneer je er één verwaarloost, heeft dat direct impact op de andere twee.
Laat me dit verduidelijken met een voorbeeld uit de werkvloer:
De neerwaartse spiraal
Stel, je negeert je interne grenzen. Je slaapt te weinig, je werkt te lang door, je neemt geen pauzes. Je denkt: “Dit moet even, het is nu druk.” Maar wat gebeurt er?
Je wordt prikkelbaarder. Die irritatie uit zich in hoe je met collega’s omgaat – je externe grenzen naar anderen toe verschuiven. Je bent kortaf, ongeduldig, misschien zelfs onredelijk kritisch. Je collega’s merken dat je scherp reageert op kleine dingen.
Tegelijkertijd begint ook je derde type grens te verschuiven – je externe grenzen met anderen. Omdat je uitgeput bent, heb je minder energie om op te komen voor jezelf. Die collega die altijd zijn werk bij jou neerlegt? Je laat het maar gebeuren. Die vergadering die voor de derde keer in je lunchpauze wordt gepland? Je zegt weer ja.
En zo kom je in een vicieuze cirkel terecht. Je zorgt niet goed voor jezelf, waardoor je anderen slechter behandelt én tegelijkertijd meer over je heen laat lopen. Dit versterkt elkaar, totdat je compleet vastloopt.
Het werkt ook andersom
Het omgekeerde is net zo waar. Als je voortdurend je externe grenzen met anderen laat schenden – je laat mensen onredelijke eisen aan je stellen, je accepteert respectloos gedrag – dan vreet dat aan je energie. Je hebt dan minder kracht om je interne grenzen te handhaven. Voor je het weet, eet je slecht, slaap je niet, vergeet je je eigen behoeften.
En die uitputting uit zich weer in hoe je anderen behandelt. Je wordt cynisch, afstandelijk, of juist overgecompenseer je door nóg aardiger te zijn terwijl je van binnen kookt.
De werkplek als spiegel
Op het werk zie je dit patroon heel helder. Neem Sophie uit mijn eerdere artikel – de vrijwilliger met het buurttuin-idee die werd afgewezen. Wat gebeurt er met haar grenzen?
Ze heeft een grens gesteld naar de vereniging toe (externe grens naar anderen): “Dit is wat ik belangrijk vind, dit wil ik bijdragen.” Maar die grens werd niet gerespecteerd. De voorzitter liep over haar grens heen (haar externe grens met anderen werd geschonden).
Het resultaat? Sophie trekt zich terug. Ze negeert haar eigen behoefte aan zingeving en verbinding (interne grens). Ze besluit haar energie “ergens anders in te steken” – een signaal dat ze niet meer opkomt voor wat zij belangrijk vindt.
Het belang van zelfkennis
Veel mensen worstelen met grenzen stellen omdat ze de verbinding met hun eigen behoeften zijn kwijtgeraakt. Ze zijn zo gewend geraakt aan zich aan te passen, aan mee te gaan, dat ze niet meer weten wat ze eigenlijk nodig hebben.
Maar hier ligt de sleutel: als je niet weet wat je nodig hebt, kun je geen gezonde grenzen stellen.
Stel je voor: je bent de hele dag prikkelbaar op je werk. Je eerste gedachte: “Ik moet gewoon even alleen zijn, dan gaat het wel weer.” Maar als je dieper kijkt, zie je dat er meer speelt.
Je hebt je interne grenzen verwaarloosd – je werkt te lang door, je neemt geen pauzes. Je hebt je externe grenzen met anderen laten vervagen – je zegt altijd ja tegen extra taken. En als gevolg daarvan zijn je grenzen naar anderen toe verschoven – je bent kortaf, ongeduldig.
De oplossing is niet simpelweg “even alleen zijn.” De oplossing vraagt om het herstellen van al je grenzen, in samenhang.

Agency: geworteld blijven in de storm
Om dit evenwicht te herstellen, moet je je realiseren dat je keuzes hebt. Dat je mag zeggen: “Dit past niet bij mij” of “Dit heb ik nodig om goed te kunnen functioneren.” Dit noemen we agency – het besef dat je regie hebt over je eigen leven.
Denk aan een boom die stevig geworteld staat. De wortels geven houvast en voeding, de stam staat rechtop en draagt de kroon. Zo werkt agency ook – je hebt een stevige basis nodig (je interne grenzen, je zelfkennis) om recht overeind te kunnen blijven staan wanneer de wind waait (externe druk van anderen).
Een boom zonder wortels waait om. Een boom die te star is, breekt. Maar een boom die geworteld is én buigzaam blijft, overleeft de storm. Zo is het ook met grenzen stellen, je hebt stevigheid nodig (agency, zelfkennis) én flexibiliteit (vermogen om te luisteren naar anderen en situaties aan te voelen).
In organisaties met een sterke hiërarchische cultuur wordt dit besef van geworteld zijn vaak ondermijnd. Mensen voelen zich machteloos, alsof ze moeten conformeren aan wat de baas of de groep wil. Dit zie je terug in de voorbeelden die ik eerder beschreef, allemaal mensen met agency die botsten op een cultuur die geen ruimte gaf aan hun initiatief.
Maar zonder agency kun je het evenwicht tussen je verschillende grenzen niet bewaken. Dan ben je als een boom zonder wortels, overgeleverd aan de wind van andermans verwachtingen.
Praktisch: Het herstel van evenwicht
Als je merkt dat je uit balans bent op je werk of in een organisatie, volg dan deze stappen:
Stap 1: Herken het patroon Ben je prikkelbaar? Voel je je uitgeput? Laat je alles over je heen komen? Dit zijn signalen dat je grenzen uit balans zijn. Niet één grens – maar waarschijnlijk alle drie.
Stap 2: Begin bij jezelf Start met je interne grenzen. Hoe zorg je voor jezelf? Slaap je genoeg? Neem je pauzes? Doe je dingen die je energie geven? Dit is de basis. Als jij niet goed voor jezelf zorgt, kun je geen gezonde relatie hebben met anderen.
Stap 3: Onderzoek je externe grenzen Waar laat je mensen over je heen lopen? Welke situaties accepteer je terwijl je dat eigenlijk niet zou moeten doen? En aan de andere kant: waar behandel je anderen misschien niet zoals je zou willen? Waar ben je te scherp, te afstandelijk, te manipulatief?
Stap 4: Herstel het evenwicht bewust Begin klein. Kies één interne grens die je wilt herstellen. Bijvoorbeeld: ik neem mijn lunchpauze. Merk hoe dit effect heeft op de rest. Als je voor jezelf zorgt, kun je beter opkomen voor jezelf bij anderen. En je kunt anderen met meer geduld en respect behandelen.
De groeidialoog als veilige ruimte
Denk terug aan het voorbeeld van de groeidialoog dat ik in een eerdere post beschreef – die vriendendag waar mensen in openheid met elkaar delen, zonder oordeel, puur om te groeien en elkaar te begrijpen.
Dit principe is essentieel voor gezonde organisaties. Een cultuur waarin mensen hun behoeften mogen uiten, waarin alle drie de soorten grenzen worden gerespecteerd, waarin niet de hiërarchie bepaalt wiens stem telt maar waarin ieder perspectief waarde heeft.
In zo’n cultuur zie je het positieve effect van evenwichtige grenzen:
- Mensen zorgen goed voor zichzelf (interne grenzen)
- Daardoor kunnen ze authentiek en respectvol met elkaar omgaan (externe grenzen naar anderen)
- En tegelijkertijd staan ze stevig genoeg om op te komen voor hun behoeften (externe grenzen met anderen)
Dit versterkt elkaar. Mensen die goed voor zichzelf zorgen, creëren een veiligere omgeving voor anderen. Een veilige omgeving maakt het makkelijker om voor jezelf te zorgen. Zo ontstaat een opwaartse spiraal in plaats van een neerwaartse.
De weg vooruit
Het leren stellen van grenzen is een reis. Het vraagt moed om te erkennen dat je uit balans bent, om te onderzoeken waar dat vandaan komt, en om stap voor stap het evenwicht te herstellen.
Maar het is een reis die de moeite waard is. Want alleen door dit evenwicht te bewaken, kunnen we authentiek in verbinding staan met anderen. Alleen dan kunnen we bijdragen vanuit onze kracht, in plaats van vanuit verplichting of uitputting.
Begin vandaag. Kies één interne grens die je wilt herstellen. Onderzoek hoe dat doorwerkt in je omgang met anderen. En durf te experimenteren met het uiten van je behoeften.
Want uiteindelijk gaat het erom dat we gezamenlijk ruimte creëren waarin iedereen kan gedijen. Dat begint bij het bewaken van je eigen evenwicht – interne grenzen, externe grenzen met anderen, en externe grenzen naar anderen toe. Alles hangt samen. Alles beïnvloedt elkaar.
En in die onderlinge verbondenheid ligt juist de kracht.





